Gantvarg matchwinner

De drie kanshebbers in de nationale damcompetitie wonnen tijdens de zesde ronde allemaal met 11-9. Terwijl Culemborg moeite had met een degradatiekandidaat en Hijken ook niet blij was met slechts 11-9 tegen Witte van Moort, deed van Sticht Thans goede zaken met de 11-9 overwinning op gevaarlijke concurrent Huissen.

Ron Heusdens en Casper Remeijer in kenmerkende houding

Hijken blijft daardoor aan de leiding gevolgd op een punt door de achtervolgers Culemborg en Schiedam, die al tegen elkaar gespeeld hebben. De twee wedstrijden later in de competitie van Hijken tegen Schiedam en Culemborg gaan beslissen over het kampioenschap.

Een uitwedstrijd tegen Huissen is altijd lastig. Het gaat vooral om de opstelling. Beiden ploegen hebben een groot aantal grootmeesters. Als deze elkaar treffen, dan wordt het bijna altijd remise. Beiden ploegen hebben een paar zwakke plekken. Als daar een supergrootmeester zit, dan ontstaan er wel kansen. Huissen trof met Guntis Valneris en Alexander Baliakin de twee internationaal meesters Jitse Slump en Frits Luteijn. Anatoli Gantwarg had Hendriksen (zonder titel). Vijf uur lang beukten de heren op de deur. Gantwarg won. Beiden anderen niet.

 

 

 

 

Jitse Slump weerstaat oud-wereldkampioen Guntis Valneris

Zo simpel was het evenwel niet. Ook aan andere borden ontstond strijd. Grootmeester Anton van Berkel speelde tegen collega Jos Stokkel. Het ging van dik hout zaagt men planken. Na een grote vereenvoudiging leek Schiedam aan dit bord aan het langste eind te trekken. Echter de Huissenaar wist een prachtige combinatie uit de hoed toveren voor remise. In de Casper Remeijer – Fred de Koning (beiden spelers zonder internationale titel) leek de Schiedammer op de winst af te stevenen. Echter het bereiken van de gewonnen stand had zoveel tijd gekost, dat de finesse nodig om het eindspel te winnen, gehaast door de klok, niet tijdig meer gevonden werd.

 

 

 

 

Anton van Berkel creëert een heksenketel

De partij Baliakin – Luteijn illustreert hoe een topspeler dat aanpakt. Hij begint met een zo scherp mogelijke opening. Als dat niet resulteert in het gewenste resultaat, dan ruilt hij de stand open in de hoop dat de tegenstander zijn oriëntatie verliest en zwakke zetten gaat spelen. Met deze tactiek gaat hij de hele door. Als verdediger is het dan belangrijk om na elke decorwisseling een kwartiertje de stand te bestuderen en een plan te maken. Steeds de beste zetten blijven spelen met telkens zetcontrole om onaangename tactische verrassingen uit te sluiten. Concentratie vasthouden tot de laatste zet. Want er wordt door een supergrootmeester nu eenmaal doorgespeeld tot alles echt helemaal op is.

Schiedamse topper Vadim Virny komt er niet doorheen tegen collega Johan Krajenbrink

Voor partijen en analyses eerste tiental, zie http://www.luteyn.net/damclub/2020/index.html

Het tweede van Stigt Thans toont een verpletterende overmacht in haar klasse. Voor de zesde maal werd met grote cijfers gewonnen. De uitwedstrijd tegen Dios/Eureka werd een verpletterende 6-14. Ze zijn nu vier wedstrijdpunten los van de rest van het veld. Dirk van Schaik, Thomy Mbongo, Waldo Aliar en Christian Niami waren de Schiedamse winnaars. Met vijf ronden te gaan is er nu reeds een wonder nodig om ze het kampioenschap en promotie naar de ereklasse te doen ontgaan.

Het derde tiental moest noodgedwongen met een aantal invallers aantreden in en tegen Den Haag. Het team kon het niet bolwerken en ging met 14-6 ten onder. Het enige lichtpuntje was de overwinning van captain Ton Burgerhout. Door deze flinke nederlaag viel het derde terug naar de achtste plaats in 1B.

DV VBI Huissen – Van Stigt Thans 9-11
Guntis Valneris (1549) – Jitse Slump (1437) 1-1 10
Jos Stokkel (1422) – Anton van Berkel (1422) 1-1 7
Gérard Jansen (1479) – Hein Meijer (1429) 1-1 1
Jasper Lemmen (1458) – Rob Clerc (1508) 1-1 5
Fred de Koning (1364) – Casper Remeijer (1408) 1-1 8
Wouter Ludwig (1413) – Ron Heusdens (1466) 1-1 9
Geert van Aalten (1376) – Jeroen Kos (1358) 1-1 2
Joost Hendriksen (1325) – Anatoli Gantvarg (1524) 0-2 6
Alexander Baliakin (1550) – Frits Luteijn (1367) 1-1 3
Johan Krajenbrink (1474) – Vadim Virny (1526) 1-1 4

DIOS/Eureka – Van Stigt Thans 2 6-14
Hubert de Baetselier (1084) – Dirk van Schaik Jr. (1371) 0-2 7
Brion Koullen (1311) – Edwin de Jager (1265) 1-1 1
Theo Schippers (1306) – Emre Hageman (1191) 1-1 6
Olga Kamychleeva (1352) – Geert Prinsen (1304) 1-1 9
Leen de Rooij (1173) – Peter van der Stap (1338) 1-1 5
Michel Stempher (1370) – Thomy Lucien Mbongo (1462) 0-2 3
Jasper Kole (946) – Waldo Aliar (1292) 0-2 2
Marijn Jans (914) – Christian Niami (1432) 0-2 4
Tom Swelsen (1131) – Guido van den Berg (1255) 1-1 10
Eddy Zijlstra (1105) – Walter Thoen (1253) 1-1 8

Den Haag – Van Stigt Thans 3 14-6
Frans Teijn (1070) – Ton Burgerhout (1257) 0-2 1
Frans van Eenennaam (1102) – Tiny Mous (1166) 1-1 9
Gerard de Groot (1252) – Gerrit van Mastrigt (1220) 1-1 4
Hans den Engelsman (1219) – Adri van Huet (1139) 2-0 7
Reza Ghafoerkhan (1108) – Rob van den Bos (1025) 2-0 8
Hein van Dee (1097) – Kees Romijn (1269) 1-1 6
Jeroen Wit (942) – Jelle Groeneveld (1057) 2-0 5
Nico Leemberg (1100) – Wim Heuvelman (973) 2-0 3
Bas Baksoellah (1010) – Piet Bastiaanse (1141) 2-0 2
Alex Kruyshoop (734) – Dirk van Schaik Sr. (1034) 1-1 10

Dit bericht is geplaatst in Clubcompetitie. Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.