De wedstrijden van van Stigt Thans 1 en 2 uit de vierde ronde van de nationale competitie zijn cijfermatig een kopie van elkaar. Beide teams wonnen hun uitwedstrijd met 13-7, in beide wedstrijden werden drie overwinningen en zevens remises behaald, beiden staan aan kop van hun klasse en beide zagen de concurrentie punten verspelen. Het derde tiental vergaat het een stuk minder, het verloor voor de vierde keer op rij.
Het eerste had een niet al te sterke maar wel lastige tegenstander, Tilburg, die met enig respect tegemoet getreden werd. De vorige ontmoeting met hetzelfde zeer jeugdige team werd slechts ternauwernood en wat gênant gewonnen. Dat moest ditmaal beter. Ook nu zat er de eerste drie uur geen enkele beweging in. De enige die vlot won was Rob Clerc. Aan diverse borden waren de Schiedammers zelfs niet veilig. Het keerpunt van de wedstrijd kwam toen Jeroen Kos een wat bedenkelijke positie combinatief naar winst wist om te buigen. De derde overwinning van Gantwarg was toen alleen nog voor de statistieken.
Het is gebruikelijk en het staat in de reglementen, dat de opstelling een kwartier voor de wedstrijd ingeleverd moet worden. Dat geeft beiden verenigingen de gelegenheid de tegenstander nog eventjes door te nemen. De sterkere ploeg doet zoiets serieuzer, dan de zwakkere. Tilburg had dus ditmaal volkomen ‘per ongeluk’ de opstelling in de trein laten liggen. Tsja… Welke trein ? Tactisch grapje ? Pas een halve minuut voor de wedstrijd kwam hij weer boven water. Zulke incidenten maken de bezoekers alleen maar bloeddorstiger.
Rob Clerc opende de score tegen voormalig Europees jeugdkampioen Thijs van den Broek, het enfant terrible van de jeugdafdeling van de KNDB. Het verschil tussen een internationaal meester en grootmeester zit hem in het gemiddelde aantal fouten in de partij. Een grootmeester maakt twee fouten tegenover drie van een internationaal meester. Daarnaast speelt de Brabander om de tegenstander te intimideren vreemde openingen. Dat lukt wellicht tegen hoofdklassers, maar niet tegen een geïrriteerde, veelvoudig kampioen van Nederland met meer dan vijftig jaar ervaring. Vreemde openingen zijn meestal slechte openingen. Hij begon aldus met een fikse achterstand en was binnen drie uur om puur speltechnische redenen gewoon een schijf kwijt.
Jeroen Kos trof de zwakste speler van de tegenstander. Deze begon met zo snel mogelijk een hoop hout van het bord te halen alvorens aan een opmerkelijk avontuur te beginnen. Er ontstond een symmetrische positie, waarbij de spelers bij normaal spel alleen maar hun zetten konden uitspelen. De speler met het laatste tempo wint dan. Kos had duidelijk niet de laatste zet en stond bijgevolg feitelijk verloren. Echter de tegenstander wilde te vlug, teveel en liet een verrassende afwikkeling toe, waarbij Jeroen een dodelijke geïsoleerde voorpost kreeg midden in de vijandelijke stelling. Winst was daarna een kwestie van techniek.
Voor partijen en analyses eerste tiental, zie http://www.luteyn.net/damclub/2018/index.html
Dammend Tilburg- Van Stigt Thans 7 -13
Kevin Machtelinck (1385) – Ron Heusdens (1474) 1-1 3
Hein De Cokere (1307) – Anton van Berkel (1412) 1-1 9
Mehmet Yöney (1226) – Thomy Lucien Mbongo (1466) 1-1 6
Yves Vandeberg (1211) – Frits Luteijn (1383) 1-1 7
Martijn de Leeuw (1315) – Hein Meijer (1459) 1-1 1
Thijs van den Broek (1322) – Rob Clerc (1503) 0-2 2
Jasper Daems (1312) – Anatoli Gantvarg (1503) 0-2 5
Toine Brouwers (1412) – Jitse Slump (1416) 1-1 4
Jimmy Depaepe (1208) – Jeroen Kos (1342) 0-2 8
Koos van Amerongen (1286) – Casper Remeijer (1356) 1-1 10
SNA- Van Stigt Thans 2 7 -13
Roy Coster (1108) – Ton Burgerhout (1266) 0-2 4
Dave Bleeker (1196) – Geert Prinsen (1312) 1-1 7
Guido Verhagen (1265) – Edwin de Jager (1230) 0-2 3
Mike Koopmanschap (1368) – Christian Niami 0-2 6
Theo Tesselaar (1182) – Peter van der Stap (1300) 1-1 8
Erik van Kampen (1187) – Guido van den Berg (1267) 1-1 10
Jan Houwing (1210) – Gerrit van Mastrigt (1224) 1-1 2
Mitchel Mensinga (1220) – Waldo Aliar (1305) 1-1 5
Ivo de Jong (1363) – Cheick Maurice Ndione (1343) 1-1 1
Jan Groeneweg (1136) – Kees Romijn (1260) 1-1 9
De Kroonschijf DEZ- Van Stigt Thans 3 13 -7
Wim Kalis (1353) – Hans Lansbergen (1186) 1-1 4
Cor Westerveld (1181) – Matthijs Broek (862) 2-0 1
Pieter Trapman Sr. (1174) – Tiny Mous (1162) 1-1 7
Harm Jan van Rees (1108) – Kamanda Mulaya (1054) 2-0 6
Peter Hartog (1235) – Reza Ghafoerkhan (1105) 1-1 9
Peter de Hek (1281) – Jelle Groeneveld (1106) 2-0 10
Ad de Hek (1143) – Adriaan Groenendijk (924) 2-0 2
Arie van Genderen (1078) – Dirk van Schaik Sr. (1071) 0-2 5
Martin Nederlof (1031) – Peter Lansbergen (1044) 1-1 3
Dirk van Genderen (1085) – Nico Groenendijk (952) 1-1 8