Karl Marx citeerde bovenstaande en tot op heden gaat deze denkwijze in de praktijk nog steeds op. De hoofdrolspelers van de klucht: Wim en Matthijs. De oorzaak: Matthijs loopt in een openingszetje tegen Wim. Nu is dat niet de eerste keer dat dat iemand over komt (binnen Schiedam bestaat er zelfs een officiële coup Heuvelman) maar het was ook niet de eerste keer dat Matthijs dit zetje overkwam (sorry Matthijs, Toernooibase is onverbiddelijk!). Gevolg is dat Wim na deze klucht zijn tweede overwinning op rij binnenhaalde en hij zelfs weer in de richting van het linkerrijtje gaat. En in dit kampioenschap waar alles mogelijk is… je weet maar nooit.
In de hoofdklasse deze ronde wederom een tragedie. Hoofdrolspeler: titelverdediger Peter, want hij liep tegen zijn derde nederlaag aan in vier ronden en hij moet zelfs gaan vrezen voor afdaling naar onze eigen Jupiler League. Jeroen wist wel raad met de dubieuze omsingeling, al miste hij in het middenspel nog wel een combinatie, die wellicht ook goede kansen had geboden. Voor Jeroen zijn eerste overwinning, we zijn benieuwd hoe zijn toernooi zich verder ontwikkeld.
Verder was er de eerste nederlaag voor Hans, die door Edwin terug werd gezet op aarde. In een klassieke partij was er ogenschijnlijk weinig aan de hand, maar toen Hans zijn stand overschatte en een dubieuze Ghestem nam, kon hij alleen nog maar hopen op remise. Edwin speelde het echter nauwkeurig en had waarschijnlijk ook zonder de blunder die Hans maakte de partij wel gewonnen. Komt Hans deze klap te boven? Of gaat Edwin nu voor de Olympus?
Verder was er in de eerste klasse nog de eerste overwinning voor de andere Peter. Fokke wist niet goed hoe hij zijn zwarte voorpost op 28 moest verdedigen, met als gevolg dat deze er drie zetten later aflag. Een extra fout bezegelde zijn toch al aanstaande lot. De enige remise van de avond vond plaats tussen Rob en Dirk, hoewel na afloop de indruk ontstond dat er misschien betere kansen voor Rob waren.